GASTBLOG ROBERT BOLK
Grensoverschrijdend wielerplezier
In Gelderland ligt op de grens van Nederland en Duitsland het prachtige natuurgebied Montferland. Op zondag zie je daar veel liefhebbers van de wielersport. Vooral de wielrenner die zich even Tom Dumoulin wil wanen kan hier het luie zweet kwijtraken. De Achterhoekers Robert Geesink en Koen Bouwman zijn in deze streek sportief groot geworden, ik lichamelijk…
Het NK Wielrennen trok afgelopen jaar veel bezoekers naar ‘s-Heerenberg. Parkeren bij de oude LTS en dan de fiets op. Hier was de start en finish van het NK wegwielrennen. Je ziet mannen met flitsende pakjes en fietsen en mannen met net te krappe shirtjes op fietsen waarvan je hoopt dat ze de eindstreep weer halen. Toch jammer dat ze vaak harder opvallen door hun kleding dan om hun prestatie, terwijl er ook voor de stevige medemens leuke, passende tenues zijn.
Het eerste stuk gaat wel, de stad uit richting de drie vervelende heuveltjes. Je ruikt de geur van het bos en het gaat nog lekker. Bij de rotonde is het oppassen, want op zondagmorgen is het daar bij de broodjesdrive-in druk met auto’s met half wakkere ouders en schreeuwende kinderen. Ook daar ruikt het lekker, maar we moeten door…
In Zeddam zie je de eerste terrassen, maar daar is ook de beruchte 500 meter lange Muur van Zeddam. Een lastige klim van gemiddeld 3,2% richting de oudste torenmolen van Nederland. Ook hier weer oppassen voor toeristen die geen oog hebben voor de sportieve fietser maar wel een mening hebben over de stevige buiken en achterwerken die voorbijkomen…
Het rondje gaat verder over de stuwwal, een heuvel die tijdens de voorlaatste ijstijd is ontstaan. Weer klimmen en gevoelsmatig heb je daar altijd de wind tegen. Je begeeft je op glad ijs als in gedachten het eeuwenoude ijs in heerlijk nieuwerwets genot verandert bij het binnenkomen van het dorp Beek.
Wel op tijd linksaf slaan, want anders ga je de grens over naar het in Duitsland gelegen dorpje Elten met die vervelende kuitenbijtende Elterberg op Hoch-Elten. Het duitse bier met een stuk zelfgemaakte Kuchen is overigens wel lekker, maar eerst door met calorieën verbranden. Voor het pannenkoekhuis dus linksaf!
Uit het hele land komen wielerliefhebbers proberen of het beklimmen van de 62 meter hoge Peeskesbult echt zo zwaar is. De Peeskesweg door het Bergherbos betekent 4,2% stijgen met een stuk van 800 meter tegen 6%. Dat is best heftig! Ook oppassen voor de wandelaar die hoofdschuddend en besmuikt lachend kijkt naar de stevige doorfietser. Het is alsof ze aapjes kijken.
Dan volgt een stuk langs Stokkum, de plek waar Johan Burgers in 1913 begon met Burgers Dierenpark. Als de contouren van Kasteel Huis Bergh in het zicht komen weet je dat de volgende kwelling zo volgt, het gezellige stadscentrum met veel toeristen uit binnen- en buitenland en een vals plat van 600 meter richting de finishlijn. We zijn weer terug bij de auto… klaar voor een tweede rondje, want bij het NK reden ze deze omloop van 16,5 kilometer maar liefst 14 keer.
Ik heb respect voor de stevige mannen en vrouwen die elke zondagmorgen een mentale grens overgaan door te gaan genieten van de natuur en hun passie, het fietsen op al dan niet verstevigde wielrenfiets. Mannen en ook vrouwen die na een rondje over het NK-parcours lekker op een terrasje gaan zitten in hun fietskleding. Op datzelfde terras zitten dan ook mensen die gek zijn op wielrennen, zittend op de bank voor de televisie en die de route wel zouden willen rijden, maar dan achter op de motor met Theo Koomen naast zich. Wat is het daarom dan jammer dat er altijd mensen zijn die een andere grens over gaan door “leuke”opmerkingen te moeten roepen.
Voor de een heb ik grenzeloos respect, de ander mag van mij een eind gaan fietsen…
© MeedenkeR Robert Bolk – November-2017
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!